looiersgracht

looiersgracht

Eric tegen de rest: 12 – 6

Als een goed begin het halve werk is, dan kunnen we van het komende seizoen nog heel wat verwachten. Ik kan mij niet herinneren dat,  in de 17 jaar dat ik nu lid ben van onze club,  de opkomst bij de simultaan zo groot geweest is als afgelopen maandag. Om te beginnen waren er 14 eigen leden opafgekomen, waaronder Fons die weer van zijn operatie hersteld is en van iedereen verreweg de gezondste indruk maakte. 

Daarnaast waren er ook nog drie belangstellenden van buitenaf  komen opdagen en het totaal van uitdagers werd vol gemaakt door Max (Donk) die we het best als intentioneel lid kunnen beschouwen. 

Zeventien man + één vrouw hadden dus achter de borden plaatsgenomen met de bedoeling Eric het leven zo zuur mogelijk te maken. Zoals uit de kop boven dit verslagje al blijkt, zijn ze daar maar ten dele in geslaagd. Tegen negenen, toen er zo’n zet of 14, 15 waren gespeeld, had Eric al de eerste 1½ punt binnen.  
Jan gaf tot vreugde van Joop als eerste op ( Hé Jan, sorry hoor, dat was omdat ik bang was de eerste te zijn met een nul, want mijn stelling na de opening was niet echt om vrolijk van te worden.), Paul bood met een stuk meer remise aan, wat Eric dankbaar accepteerde. 




De overigen toonden zich strijdlustiger en het duurde tot een uur of tien voor er weer partijen werden beslist. Ook daarna werden er partijen beslist, maar de tegenstand was taai en rond half twaalf speelde Eric nog tegen zeven borden. Uiteindelijk zou het nog tot half één duren voor de balans kon worden opgemaakt. Tien van zijn achttien partijen bleek Eric toen gewonnen te hebben. Bij de acht die hij niet won, was de uitslag in veel gevallen opmerkelijk. Na zijn remise tegen Paul, was de volgende die het punt met hem deelde:
Joke. Ik weet zeker dat die in de vakantie geen schaakboek heeft ingekeken, maar wel veel gezeild heeft. En bij dat zeilen, vrienden, waait een frisse wind door je hersens die alle stof op je synapsen eraf blaast. Dat maakt de weg vrij voor nieuwe, snellere verbindingen, Daar krijg je een heldere, frisse kijk van op de dingen. Dus als ik jullie een goeie raad mag geven: weg met al die schaakboeken en –cursussen. Ga zeilen als je je rating wil opvijzelen!! 

Daarna legde Eric het loodje tegen Jaap Glazenburg, de man die vorig jaar bij ons een kijkje kwam nemen en geen lid werd omdat hij niet van Senseo-koffie houdt, maar die wel een rating van tegen de 1900 heeft en dus wel een potje kan schaken, zodat het feit dat hij de eerste was die Eric tot overgave dwong, niet uit de lucht kwam vallen.
Iets later haalde Henk een punt binnen voor de rest. Van hem weten we inmiddels dat hij een gedegen en gewiekste pot speelt en dat hij moeilijk te verslaan is, maar dat is toch weer iets anders dan Eric mat zetten.

Albert heeft de afgelopen maanden niet gezeild. Op gezette tijden houdt hij zich middels Chess Tutor bezig met de bestudering van Stap 3. Daaraan heeft hij in ieder geval een goed gevoel voor matdreigingen en voor de uitvoering daarvan overgehouden en dat liet hij in zijn partij tegen Eric zien: mat in drie uit het boekje. Goed gedaan, Albert. Nu nog gaan zeilen en ik voorspel dat je komend seizoen de grootste stijger wordt.
Max kwam dus ook weer eens langs. Wat die de afgelopen jaren gedaan heeft weet ik niet, maar in ieder geval is dat niet ten koste van zijn schaakinzicht gegaan. Hij kwam, zag en overwon.
Wie al lezend de stand heeft bijgehouden, weet nu dat er nog twee remisepartijen moeten volgen.
En zo is dat. De eerste was die van Patrick.  Toen ik keek, leek mij de partij zoals dat gebruikelijk is bij Patrick, hoogst ingewikkeld.  Hoe zij zich verder ontwikkelde, is mij ontgaan. Maar beider karakters kennende, moet remise wel het hoogst haalbare zijn geweest. Anders had noch de één noch de ander daarmee ingestemd.
Inmiddels was het kwart over twaalf en werd er nog aan één bord gespeeld; dat van Joop. Daar stond een eindspel op het bord waarbij ieder nog in het bezit was van een Toren, een Paard en twee pionnen. Dat was op zich natuurlijk al heel opmerkelijk: Joop die een eindspel speelt.

 Nog opmerkelijker was dat hij zich niet van de wijs liet brengen door het groepje toeschouwers dat zich rond zijn bord had verzameld. Maar het alleropmerkelijkste was natuurlijk dat  hij zich niet van wijs liet brengen door de zetten van Eric en vaardig naar remise afwikkelde.
Toen was het half één, was de simultaan afgelopen en de uitslag bekend; 12 – 6 voor Eric.
Gezien de kwali- en kwantitavieve tegenstand  is dit een uitslag om zeer tevreden mee te zijn (vanuit Eric gezien). Petje af en chapeau!

KLIK HIER voor de partijen


Doesburgse schakers beginnen simultaan

Dit jaar bestaat DSG, het Doesborghsche Schaakgenootschap, 141 jaar. Sinds mensenheugenis wordt het nieuwe seizoen geopend met een simultaan tegen de clubkampioen. Zo’n simultaan is de ideale manier om de sfeer binnen onze vereniging te proeven. Natuurlijk doe je er aan mee om te winnen, maar tussen de zetten door is er alle tijd voor uitwisseling van ervaringen, overleg, kennismaking.

Dit jaar is de simultaangever Eric Langedijk, die momenteel grotere bekendheid geniet vanwege zijn uitvoeringen van Canto Ostinato dan op grond van zijn ingenieuze matvoeringen. Dat dit niet terecht is, kunt u nu zelf ervaren.

Huisschakers, schakers die vroeger hebben geschaakt maar zijn vergeten dat het ooit hun hobby was en verder iedereen die er prijs op stelt eens een avond na te denken, zijn dan ook van harte welkom.

Op Maandag 1 september
In “ De Bonte Os”
Ooipoortstraat  9
Doesburg
Aanvang 20.00 uur
Deelname gratis.

Simultaan Jan 2012

Voor enige partijen KLIK HIER




















RESULTAAT SIMULTAAN JAN

Jan - Steffen      0 - 1
      Paul         ½ - ½
      Chiel        ½ - ½
      Gastspeler   ½ - ½
      Fons         0 - 1
      Fred         ½ - ½
      Emile        0 - 1
      Robbie       ½ - ½
      Albert       1 - 0
      Joke         ½ - ½
      Joop         ½ - ½
      Patrick      0 - 1
                   _____
SCORE              4½-7½

Jan-Albert
In deze Siciliaan ging het gelijk op tot ik een stuk ruilde voor 2 pionnen. En zoals Robbie al zei: “Dit is meestal niet goed, als er geen goede aanvalskansen tegenover staan” Dit bleek ook nu dus; ik werd opgerold.

Jan-Patrick
Ik speelde weer eens Scandinavisch (e4 – d5) tegen Jan. We schoven wat stukken naar goede plekken.
Jan rockeerde al snel op zet 7; ik wachtte nog even omdat ik veld d4 onder controle wou hebben en rockeerde pas op zet 16.
Op zet 14 viel ik de toren van Jan aan die hij op b1 had gezet. Hij speelde hierop d3 ipv het door mij sterker geachte Lb2. Hierdoor kreeg Jan een mindere pionnenstructuur. Mijn stukken konden beter samenwerken. Ik kwam een pion voor te staan, maar moest uitkijken voor een lastige penning. Ik rockeerde, verdubbelde de torens en niet zoveel later had Jan er niet zoveel zin meer in.

(Geen zin meer in? Ik zag er geen gat meer in: pion achter, een open lijn waarop twee vijandelijke torens stonden, geen aanknopingspunten, geen plan. Jan)

Jan-Emile
Jan en ik speelde onze goede oude bekende gesloten Siciliaan, waarbij zwart op f4 voor de verandering f5 speelde , twee paarden van wit terug kon sturen en gemakkelijk spel kreeg. Jan was zo aardig om een paardoffer aan te nemen, waarna ik hem mat kon zetten.

Jan-Joop
Jan en ik speelden de vertouwde Siciliaan; een opening die we regelmatig op het bord hebben bij het vluggeren. Dan ga je al gauw iets anders proberen om Jan niet op de automatische piloot te laten draaien. Lang ging het gelijk op. Maar op de tiende zet al f5 spelen gaf blijk van veel ongeduld van mijn kant. Het daarna inslaan op e4 maakte de zaak alleen maar vervelender voor zwart. Gelukkig maakte Jan daar niet optimaal gebruik van. Het door Jan laten slaan van mijn loper op g7 was ook al geen goede gedachte. Daarna ging ik helemaal op avontuur en sloeg ik enthousiast met mijn toren op zijn loper in met de gedachte dat daarna een uitgebreide slagpartij zou volgen waaruit ik iets beter uit te voorschijn zou komen. Ook hier maakte Jan geen optimaal gebruik van de hem geboden kansen, maar hij stond ondanks dat toch iets beter. En toen begonnen we langzamerhand aan het eindspel. Door wat slordige keuzes raakte ik langzaam twee pionnen achterop en kon er tegen het eind weer eentje terug winnen. Het eindspel dat daarna op het bord verscheen was voor ons reden om remise overeen te komen. De eerlijkheid gebied me te zeggen dat Fritz duidelijke winstkansen voor wit zag. Gelukje voor mij.

Ravensteijn - Brouwer.
De voorzitter begon met wit zijn stimultaan partij tegen Brouwer.
Brouwer vond dat Ravensteijn wel weer heel snel langskwam.
Jan startte een aanval op pion f 7 met drie stukken met daarbij de dame op h5. Deze dame was daardoor niet zo actief.
Brouwer kon deze aanval met 3 stukken pareren zonder dame , die actief in de linies van Ravensteijn werd, wat hem 2 pionnen opleverde en het initiatief. Doordat zwart zijn loper gedekt tussen de dame en de toren van wit kon plaatsen gaf wit het op.

Jan-Fons
Jan vermoedde al iets want hij zei dat ik deze avond historie kon schrijven.
Na een ietwat rommelige opening stond ik eerst iets voor en opeens een stuk tegen twee pionnen achter.Hoe dat gekomen is kan ik niet meer reconstrueren, maar deze situatie komt mij wel bekend voor.
Door een simpel pionzetje in het centrum keek mijn loper naar een ongedekt paard op de a-lijn.
Ik denk dat Jan geen zicht op de a-lijn had, want bij de volgende beurt heb ik dat paard maar gepakt.
Ik wilde de loper graag weer in het centrum hebben en Jan werkte hieraan mee want hij zette het andere paard ongedekt, maar wel met schaak, op de plek waar ik de loper wilde hebben.
Die heb ik toen ook maar gepakt, want Jan had weer de a-lijn waar de loper nog stond over het hoofd gezien.
Ik stond nu 2 stukken voor en Jan zag wel in dat dat teveel was en gaf heel sportief op.
Jan, bedankt maar let in het vervolg zelfs tegen mij wel op de a-lijn.

Jan vs Joke ½ - ½
Jan begon voortvarend met een veel betere opening dan ik (Frans meen ik), ik deed daar iets verkeerd, waardoor ik eigenlijk bijna de hele partij flink onder druk stond. Meerdere keren bedacht ik me: ‘hoe kom ik hier in vredesnaam nog goed uit?’. Ik weet niet of ik nou zo goed verdedigde of dat Jan toch zo nu en dan iets over het hoofd zag, maar ik kwam er wel uit. In die periode kon ik zelfs meermalen een pion pakken, maar ik durfde niet goed, omdat dan Jan z’n pionnen daar wegwaren en hij met zijn torens daardoor vrij baan had op mijn koningsstelling. Maar zo tegen het einde van de partij kwam ik eindelijk uit die onderdrukking vandaan. Ik kwam zelfs een pion voor en we belandden in een eindspel met pionnen. Daar ik dat altijd wat moeilijk vind, dacht ik, kom, ik bied remise aan, ‘ns kijken of Jan dat ook wil. En ja, dat wilde Jan wel…. Hij vond overigens dat hij dat wel verdiend had, nadat hij al die tijd de aanval had gehad maar er nu toch niet beter voor stond. Het kan zijn dat hij eigenlijk had moeten winnen, maar hij deed dat niet! Hihi Misschien had ik zelfs nog kunnen winnen, als ik het eindspel perfect uit had gespeeld. Maar ja, je kunt niet alles hebben hè? ;-) En ik vond het wel prima zo.

Voor enige partijen KLIK HIER

Simultaan Robbie 19-9-2011

Robbie - DSG:   8 - 3

Ondanks twee afmeldingen wegens vakantie en huwelijk van een zoon, was het aantal optimisten dat aan het begin van de avond nog het idee had tegen Robbie enige kans op succes te hebben, verrassend hoog. Behalve acht ouwe getrouwe DSG-rotten schitterden door aanwezigheid Bent - de zoon van Frank S -, good old Herman Starink en Joke, Doesburgs hoop in bange tijden.

Om tien voor half negen werd de eerste zet gedaan en al gauw was duidelijk dat Robbie er zin in had. In hoog tempo ging hij langs de borden en amper had je je zet genoteerd of daar stond ie al weer. Vreselijk! Tijd om even een kop te halen of een sigaret te roken kreeg je nauwelijks, laat staan dat je op je gemak met je buurman kon overleggen wat de beste voortzetting zou kunnen zijn.

Om kwart voor elf had hij de klus geklaard. 7 Overwinningen, 2 remises, 2 nederlagen.
Een score van 72,3%. Door Robbie gebruikte bedenktijd per partij: 13 minuten en een paar seconden. Hier had een kampioen huisgehouden. Klasse, meneertje.

Uitslagen:

Robbie – Paul           0 – 1
       - Bent           ½ - ½
       - Steffen        1 - 0
       - Fons           1 - 0
       - Albert         1 - 0
       - Jan            1 - 0
       - Emile          ½ - ½
       - Joke           1 - 0
       - Chiel          1 - 0
       - Herman S       0 - 1
       - Patrick        1 - 0

Simultaanimpressies Robbie – DSG.

Bent: Ik kwam redelijk uit de opening Nadat Robbie het initiatief had gekregen, rokeerde hij lang waardoor ik de aanval en het initiatief kreeg. Ik won nog ergens een pion. Maar enkele zetten later werd na zetherhaling de vrede getekend.
Albert: In de opening speelde ik weer eens te onnauwkeurig. Waardoor ik al snel een stuk achter kwam. Tegen Robbie is dat fataal. Ik kwam steeds meer in de verdrukking en moest opgeven.
Chiel: We kwamen goed uit de opening en wisselden vrij vlug de paarden en de lopers af. Er bleef een groot aantal pionnen over waardoor we een leuk eindspel kregen. Robbie wikkelde beter af dan ik zodat hij een Koning + Toren overhield.
Steffen: Robbie heeft gewoon verdiend gewonnen. Zijn snelheid brak mij.
De opening verliep rustig, totdat Wit 2 stukken had gericht op een pion.  Zwart wist die pion nog wel te redden, maar daarmee niet de wedstrijd! Wit kreeg vat op de zwarte stelling en sloeg 2 pionnen weg. Stukken afruilen en een meerderheid aan pionnen die rustig maar gestreng voorwaarts liepen,  werden fataal voor Zwart.
Knap gedaan van Wit!
Jan: Nauwelijks had ik mijn elfde zet genoteerd of daar stond ie al weer. Ik pakte mijn Paard
op f8, wat goed was, maar zette het in mijn verbouwereerdheid niet op f6, wat goed was,
maar op e7, wat fataal was. Nu blokkeerde ik mijn Loper op f8 en Robbie kon grijnzend met een Paard schaak geven op d6. Die grap kostte me twee pionnen en een stuk. En de partij, natuurlijk.
Emile: Na een d4-opening kwamen er twee symmetrische stellingen op het bord waarbij al snel de Lopers en de Dame werden afgeruild. Robbie kwam een pion voor, maar gaf die in het eindspel terug, waarna een remisestelling ontstond. En zo bleef het.
Joke: Vrij vlot kwam ik met drie pionnen achter elkaar te staan, verticaal dus. Verder lange tijd gelijke stand. Mijn Paard en zijn Paard + enkele pionnen bleven over, waarna Robbie met zijn pionnen uiteindelijk beter kwam te staan en kon doorlopen. Zover heb ik het maar niet laten komen…
Herman: Damegambiet leidde naar zwarte Torenaanval op de a-lijn die door Wit werd afgeslagen. Vervolgens kwam er een witte opmars met twee paarden langs de open a- en b-lijn. Die leidde tot een aanval op de achtergebleven zwarte c-pion.  Die kon doon door Zwart worden afgeslagen, waarna de Dames werden geruild. Vervolgens omsingelde Zwart een wit Paard dat nergens meer heen kon. Zwart wist de witte c-pion te veroveren en te behouden en veroverde nog een tweede pion. De witte Koning, die ver was opgerukt, moest terug. De zwarte Koning achtervolgde zijn witte collega en veroverde een derde pion. Toen gaf Wit op.
Patrick: In een prima stelling, alle stukken stonden goed, koos ik voor een agressieve Damezet. Ik gaf bewust een randpion want ik verwachtte daarna nog beter te staan. Helaas moest ik de Dames ruilen na twee schaakjes van Robbie. Mijn Koning stond nu ook minder prettig en de partij kantelde. Niet veel later stonden mijn stukken door deze Koning elkaar in de weg. Ik ging op zoek naar een Schwindel, maar hierdoor verloor ik een stuk waarna het wel gebeurd was. Robbie speelde het rustig uit.
Fons: Ik had Robbie gevraagd om met e2-e4 te openen en dat deed hij. Mijn plan was om deze openingen afgelopen zomer te bestuderen en à la Herman Rensen te gaan spelen. Daartoe had ik van Paul een boek geleend en dat heb ik een half jaar hier in huis gehad. Achteraf gezien had ik het boek toch vaker dan een keer moeten openen. Verder ging het zoals ik gewend ben, geen grote blunders, maar na de opening zag ik al dat Robbie dusdanig afruilde dat we wel lang evenveel stukken hadden, maar dat die van mij niet goed stonden. Verder verdwenen ineens de stukken vrij snel van het bord, zodat verder spelen zinloos was en ik Herman Staring kon gaan helpen.